Eerder gepubliceerd op Hyves en Facebook, op 17 september 2011
Okee dan….gisteren heb ik een www op hyves geplaatst waarin ik kort melding
maakte van mijn Skydive avontuur. Met een aantal reacties als gevolg.
Aanleiding om er wat meer woorden aan te wijden .
In het kader van
het jaarlijks personeelsuitje zijn mijn collega’s en ik gisteren gaan skydiven.
Voor wie niet weet wat dat is: als je op Google zoekt (die knappe meneer Google
weet werkelijk àlles!) leer je dat skydiven betekent dat je op grote hoogte
vrijwillig uit een vliegtuig springt, je met grote snelheid naar de aarde
terugvalt, terwijl je op je buik liggend de weerstand nog enigszins probeert te
vergroten. En om te voorkomen dat je daarna eindigt als een vormeloze vleesmassa
in een krater gaat er op een zeker moment een parachute open, waardoor je veilig
op aarde terugkeert.
Wie mij een beetje kent, weet dat ik me echt nooit,
nooit, nooit, nooit, nooit, maar dan ook ècht nooit aan zoiets zou wagen. Net zo
min als je mij vrijwillig in het mandje van een luchtballon krijgt. Zul je zien
dat mijn parachute net degene is die niet open gaat of dat mijn luchtballon
tegen een hoogspanningskabel vliegt.
Ik wil bovenstaand verhaal trouwens een
beetje nuanceren. Ik wil graag een parachutesprong cadeau krijgen voor mijn 90e
verjaardag. Dan maakt het allemaal toch niet meer uit…
Maar goed, hoe
krijg je mij dan aan het skydiven?
Heel simpel. In Roosendaal staat een
bedrijf dat aan Indoor Skydiven doet.
Het idee is simpel. Je bouwt een
hoge ronde toren van beton en glas. Onder in die toren plaats je een enorme
ventilator. Als het ding een beetje op toeren is ontstaat er dus een forse
luchtstroom naar boven toe. En op die luchtstroom kun je vliegen! Simple comme
bonjour!
Om te voorkomen dat je bij een ongelukkige beweging terugvalt en de
bladen van de ventilator eindigt zitten tussen jou en dit apparaat nog een
kunststof rooster en een vangnet.
En dus vertrok mijn volledige afdeling
om een uur ’s middags richting Roosendaal. Telefoons doorgeschakeld naar de
collega’s in Amsterdam, alsof er helemaal geen economische crisis is. Alsof het
een dagje uit met de stichting betrof reed er een stoet glimmend leasemateriaal
de Moerdijkbrug over.
We gingen met de gehele club, maar dat wilde niet
zeggen dat iedereen ook echt zou gaan vliegen.
Volgens de folder van het
bedrijf kan iedere volwassene skydiven. Ook al heb je een verstandelijke
beperking (of moet je dat tegenwoordig een verstandelijke uitdaging noemen?).
Dus zelfs wij zouden moeten kunnen vliegen.
Maar toch zouden maar tien
van de ca 18 personen de sprong gaan wagen. De rest verschool zich achter
schouderblessures, tennisarmen, hoogtevrees, wintertenen en angstzweet.
Mietjes….
Maar goed laten we ons concentreren op de groep die-hards die
wel de tunnel zouden betreden.
Nadat we eerst via de computer een soort
verklaring moesten opmaken en ondertekenen die de firma zou vrijwaren van
werkelijk welke aansprakelijkheid dan ook kregen we allemaal een blauw
polsbandje om. (hoewel een van de collega’s –en de direct betrokkenen weten wel
wie- direct enthousiast riep dat die aardige mevrouw van het bedrijf zijn bandje
ook wel ergens anders om mocht aanbrengen…).
Er werd ook even argwanend
gekeken naar de kleur van elkaars polsbandje. Er moeten immers landelijk 7
mensen afvloeien bij onze en onze zusterafdelingen. En stel je nou toch eens
voor dat de grote ventilator ook een zuigstand zou hebben. Als dan iemand met
bijvoorbeeld een rood polsbandje bij zou lopen zou die zich toch ernstig zorgen
moeten maken. Voor je het weet zou je door het net getrokken worden als door een
patatsnijder….
Maar het viel (vooralsnog) mee. We hadden allemaal een blauw
bandje..
Met dit blauwe bandje meld je je bij de kledingbalie, waar je
voorzien wordt van een overall, haarnetje, oordoppen, helm en skydivebril.
Eenmaal omgekleed zagen we eruit als de crew astronauten op weg naar de
laatste vlucht van de Spaceshuttle. Het viel me op dat aan de overalls op
allerlei plaatsen handgrepen waren genaaid. Wat mij het idee gaf dat dit als het
even tegen zou zitten direct een soort handige bodybag zou zijn.
Voor we de tunnel in zouden springen kregen we uitleg van Joey, de
instructeur die met ons zou meegaan in de tunnel. Omdat de ventilator een enorm
lawaai maakt kun je elkaar in de tunnel niet verstaan en moet je werken met
gebaren. En dan is het inderdaad wel handig als je weet wat de instructeur
bedoelt wanneer hij twee vingers voor je gezicht heen en weer zwaait.
En
toen…..het grote moment! Via een luchtsluis betraden we de tunnel. Deze bestond
uit het binnendeel, waar je vliegt. Daaromheen stond een glazen wand, met een
gang erachter. In de gang wacht je op jouw beurt en ondertussen kun je kijken
naar de verrichtingen van de andere slachtoffers. Het vliegdeel betreed je via
een deuropening. Je moet in de deuropening gaan staan in een houding die zich
het best laat omschrijven als die van een fysiek gehinderd persoon tijdens een
kerkdienst van de Johan Maasbach Zending. Voeten uit elkaar, knieeën gebogen,
heupen vooruit, gezicht richting hemel en de armen half gestrekt uit elkaar
eveneens omhoog.
Als je die houding aanneemt hoef je je alleen maar voorover
te laten vallen. En dan hang je in de lucht!!
Nadat drie collega’s mij
voorgegaan waren stond ook ik in de deuropening, mompelde “Hallelujah” en liet
me vallen. En het was geweldig! Heel bizar. Je ligt inderdaad op de luchtstroom.
En echt veel moeite hoef je daar ook niet voor te doen. Zolang je de vereiste
houding maar blijft vasthouden. En eigenlijk gaat dat vanzelf.
De tijd
die het mij kostte de bovenstaande alinea te tikken was langer dan de tijd die
ik in de tunnel verbleef. Want na 66 seconden moest ik er alweer uit. Ik was er
nu trouwens ook achter waarom al die handgrepen aan onze bodybags zaten. Daar
kon onze instructeur ons mee vastpakken om bij te sturen of op te tillen wanneer
er onverhoopt toch iemand op het net zou belanden.
Nadat iedereen een
eerste keer geweest was mochten we allemaal nog een keer 66 seconden. En omdat
ik nu ongeveer wist wat ik kon verwachten hing ik al vrij snel redelijk stabiel
boven de ventilator. Stabiel genoeg naar de mening van Joey, die me bij mijn
handgrepen pakte en zelf ook plat ging liggen. Hierdoor ontstond er een groter
skydive-oppervlak, waardoor we omhoog schoten, richting het dak van de tunnel.
Een hoogte van (schat ik) ergens tussen de tien en vijftien meter.
En daar
hing ik oog in oog met de achtergebleven collega’s, die vanaf een hogere
verdieping aan het toekijken waren.
Maar ook deze 66 seconden waren weer
in iets meer dan een minuut voorbij en dus bracht Joey me terug naar de
deuropening. Daar leerde ik trouwens dat het verlaten van de tunnel misschien
wel het moeilijkste onderdeel is van het indoor skydiven. Na mijn eerste vlucht
viel ik bij het verlaten van de tunnel. Na de tweede vlucht stootte ik mijn knie
tegen de toch wel harde deurpost.
Maar….ik heb gevlogen en ik vond het echt geweldig om te doen! En ik
geloof dat dat niet alleen voor mij gold.
Of ik nog een keer ga? Eh…..voor
de ervaring zou ik het zo weer doen. Maar zoals ik al schreef duurt een sessie
maar heeeeel erg kort. En voor die korte periode betaal je heeeel veel geld
(ongeveer een euro per seconde). En dat houdt me dan wel weer tegen.
Maar bovenstaand verhaal en met name de laatste alinea hierboven toont
een ding aan: er is veel geld te verdienen met windhandel!
Geen opmerkingen:
Een reactie posten