Het ongeluk van mijn moeder, en de nasleep daarvan, heeft
een enorme impact gehad. Niet alleen op mij natuurlijk. In de eerste plaats natuurlijk
op mijn moeder, maar ook op mijn zussen, zwagers en verdere familie. Een van de
bijkomstigheden (en een van de minste) voor mij is geweest een tijdelijk gebrek
aan inspiratie om te bloggen. Laten we daar nu maar eens verandering in brengen!
Mijn blog “Tikkertje met Lijn 21”schreef ik in november, een
week na het ongeluk. Ik eindigde met de mededeling dat mijn moeder overgebracht
zou worden naar een verpleeghuis.Inmiddels zijn we bijna driekwart jaar verder. Mensen die mij op Facebook volgen weten vanuit mijn statusupdates wel hoe het ongeveer verder is gegaan met mijn moeder. Voor de anderen, hierbij het (sterk ingekorte) vervolg van het verhaal.
Als afsluiting van dit hoofdstuk.
Over het verpleeghuis zou ik een apart blog, of misschien
wel een boek kunnen schrijven.
In het Erasmus MC lag Ma op de trauma-afdeling. De aandacht en zorg die zij daar kreeg was werkelijk geweldig. Het was waardeloos dat ze op die afdeling moest liggen, maar binnen de omstandigheden was dit absoluut de beste plek waar zij terecht had kunnen komen. Haar herstel is naar mijn stellige mening voor een groot deel te danken aan deze club mensen.
Tja…en dan ga je revalideren in een verpleeghuis. Een
verpleeghuis waar door onderbezetting van personeel niet de aandacht gegeven
kon worden die we in de drie weken daarvoor gewend waren geraakt. Maar waar bovendien verpleeghuisartsen rondlopen
die zich verheven lijken te voelen boven het verzorgend personeel. Die de kunst
van het communiceren niet beheersen. Om concreet te zijn: de behandelend arts
van mijn moeder, waarmee we duidelijke afspraken hadden gemaakt over toediening
van zware pijnmedicatie (zwaarder dan gebruikelijk) ging op vakantie. Dat mag
natuurlijk, maar het zou handig geweest zijn als zij de gemaakte afspraken ook
ergens vastgelegd had. Maar die moeite had zij niet genomen. Met als gevolg dat
vervolgens een waarnemend arts de pijnmedicatie sterk besloot te verminderen.
Hierdoor lag mijn moeder de vrijdag voor Kerst op bed zonder pijnstillers. Met
al haar breuken en operatieschade.In het Erasmus MC lag Ma op de trauma-afdeling. De aandacht en zorg die zij daar kreeg was werkelijk geweldig. Het was waardeloos dat ze op die afdeling moest liggen, maar binnen de omstandigheden was dit absoluut de beste plek waar zij terecht had kunnen komen. Haar herstel is naar mijn stellige mening voor een groot deel te danken aan deze club mensen.
Zelden ben ik zo ontploft als toen ik dat hoorde! In eerste instantie door de telefoon. Later, in het verpleeghuis, tegen de arts.
Een en ander had trouwens wel tot gevolg dat de naam Van Sliedregt in het Vlaardings verpleeghuis ineens bekend was. En de zorg, zeker als het ging om de toediening van morfine plotseling een stuk beter verliep.
Toen het in de week na mijn uitbarsting op een avond toch een keer niet goed ging met de toediening van de morfine, heeft mijn zus Corrie door kordaat optreden een net zo onuitwisbare indruk op het personeel gemaakt. Vanaf dat moment heeft mijn moeder altijd netjes op tijd haar morfine gekregen.
In het Erasmus, een dag na het ongeluk, heeft Ma vanuit haar
tenen verklaard te gaan vechten voor haar herstel. Wat ze hiermee bedoelde
heeft ze ons laten zien. En ze laat het nog steeds zien.
In het verpleeghuis is ze druk begonnen met fysiotherapie. Grote frustratie daarbij was het feit dat ze haar gebroken enkel niet mocht belasten. Hierdoor mocht ze pas rond midden januari voor het eerst gaan lopen.
In het EMC vertelde de arts kort na het ongeluk dat Ma
waarschijnlijk wel weer zou kunnen gaan lopen. Dat hij dit goed gezien had
toonde zij direct nadat zij toestemming kreeg haar enkel weer te belasten. In het verpleeghuis is ze druk begonnen met fysiotherapie. Grote frustratie daarbij was het feit dat ze haar gebroken enkel niet mocht belasten. Hierdoor mocht ze pas rond midden januari voor het eerst gaan lopen.
Ze begon met wat stapjes achter een looprek, maar 3 (!)
dagen later liep ze al zonder hulpmiddelen in de gang van het tehuis.
Ondertussen vrolijk mededelend dat ze nu onderhand ook wel weer naar huis zou
kunnen vertrekken.
Dat laatste zorgde voor wat problemen. Er moesten immers allerlei aanpassingen aan de woning gedaan worden, zodat zij zich met een rollator binnenshuis zou kunnen redden. En voordat die aanpassingen aangebracht zouden kunnen worden waren we wel weer een aantal weken verder.Ma kwam op dit punt met de beste oplossing: ze besloot dat ze binnenshuis helemaal geen rollator nodig zou hebben. Zonder moeite liet ze zien over drempels te kunnen stappen en zonder hulpmiddelen een aantal meters te kunnen lopen.
Wij, haar nageslacht, zagen het met bewondering aan. En
annuleerden de geplande aanpassingen.Dat laatste zorgde voor wat problemen. Er moesten immers allerlei aanpassingen aan de woning gedaan worden, zodat zij zich met een rollator binnenshuis zou kunnen redden. En voordat die aanpassingen aangebracht zouden kunnen worden waren we wel weer een aantal weken verder.Ma kwam op dit punt met de beste oplossing: ze besloot dat ze binnenshuis helemaal geen rollator nodig zou hebben. Zonder moeite liet ze zien over drempels te kunnen stappen en zonder hulpmiddelen een aantal meters te kunnen lopen.
Eind januari, veel eerder dan we hadden durven dromen, gingen Corrie, Ada, Wilma en ik met elkaar naar het verpleeghuis om onze moeder op te halen. Weg uit “Het gesticht”(zoals we het waren gaan noemen) en terug naar haar eigen huis.
Trots en dolgelukkig wandelden we die ochtend met elkaar,
samen met Ma, vanaf de auto naar het portiek van haar flat. Even later zat ze, of er niets gebeurd was, in haar
gemakkelijke stoel. Te genieten van een gebakje.
De afronding:Inmiddels zijn we sinds dat moment ook weer een half jaar verder. Ma leeft inmiddels weer heel aardig haar eigen leven. Binnenshuis zonder hulpmiddelen. Op straat loopt ze achter een rollator.
Wanneer ze ergens naartoe moet belt ze een taxibusje. Maar
ook…..gaat ze met de tram.
Zoals wij zeggen: ze gaat er nu niet voor liggen, maar stapt er voor de verandering gewoon in. Het was een enorme overwinning voor haar.
Wel heeft ze, zoals dat dan heet, na het ongeluk een flinke jas uitgedaan. Ze is afhankelijker van ons en minder mobiel dan voor het ongeluk.
Ook gebruikt ze nog altijd dagelijks een aardige dosis morfine. Het is de vraag of dat nog zal veranderen.
Maar ze is er nog. En in het afgelopen half jaar hebben we met elkaar volop van het leven genoten.
Ze heeft de geboorte van haar tweede achterkleinkind toch mee mogen maken en als het even meezit krijgt ze nummer drie in januari 2013 in haar armen. Quality time!
Waar en wanneer het herstel ooit stopt zien we wel.
Haar gevoel voor humor (ook een niet onbelangrijke factor in
haar herstel) is absoluut niet gedeukt door de klap. Zie als illustratie het
korte filmpje dat ik van haar twee weken geleden op de Floriade gemaakt heb. Ma
niet in een rolstoel, maar er achter duwend, met commentaar van mij.Zoals wij zeggen: ze gaat er nu niet voor liggen, maar stapt er voor de verandering gewoon in. Het was een enorme overwinning voor haar.
Wel heeft ze, zoals dat dan heet, na het ongeluk een flinke jas uitgedaan. Ze is afhankelijker van ons en minder mobiel dan voor het ongeluk.
Ook gebruikt ze nog altijd dagelijks een aardige dosis morfine. Het is de vraag of dat nog zal veranderen.
Maar ze is er nog. En in het afgelopen half jaar hebben we met elkaar volop van het leven genoten.
Ze heeft de geboorte van haar tweede achterkleinkind toch mee mogen maken en als het even meezit krijgt ze nummer drie in januari 2013 in haar armen. Quality time!
Waar en wanneer het herstel ooit stopt zien we wel.
Mocht het nog niet duidelijk zijn: ik ben ontzettend trots op mijn dappere, onverzettelijke moeder.Zoals mijn zoon Bart vanavond nog tegen haar zei: een tram krijgt haar wel omver, maar niet klein.